Zeldzame munten

De Venetiaanse zecchino of dukaat is geslagen van 1284 tot en met 1797. In die tijd ontwikkelde de stadsstaat zich tot een uiterst belangrijke handelsmogendheid. In 1797 maakte de bezetting door Franse troepen een einde aan haar onafhankelijkheid.

In de 500 jaren tussen 1284 en 1797 vertegenwoordigde de Venetiaanse zecchino een vaste waarde. Hij woog altijd 3,5 gram en het goudgehalte was standaard 23,6 karaat (983/1000). Deze stabiele munt droeg enorm bij aan de status van Venetiƫ als betrouwbare handelspartner.

De naam zecchino is ontleend aan het Venetiaanse paleis La Zeccha, waar de stadsmunt was gevestigd. Het gekozen staatshoofd van Venetiƫ heette de doge. Doge Alvise Mocenigo IV liet tijdens zijn regering van 1763 tot 1778 een gouden munt slaan met een waarde van maar liefst 50 zecchine. Deze kolossale munt weegt 175 gram, waarvan 172 gram aan puur goud. Een verzamelaar had er in 2005 US $ 379.500 voor over.