De meeste portretten op munten zijn in profiel, waarom is dat?

We hebben in Europa twaalf landen met een vorst als staatshoofd. Die staat op de betaalmunten van diverse landen en vrijwel altijd met hun gezichten van opzij, in profiel. Dat is om meerdere redenen.

Traditioneel: muntportretten in profiel
De traditie om portretten op munten in profiel weer te geven is al heel oud. Al van ver voor onze jaartelling. In de loop van de tijd werden de muntportretten steeds beter. Vanaf de eerste eeuw n. Chr. zijn de Romeinse Keizers goed te herkennen aan hun portretten op hun munten. Na het Romeinse Keizerrijk verdwenen munten vrijwel totaal uit het betalingsverkeer. Pas in de late middeleeuwen ging men ze weer slaan. Vaak met de portretten van de vorsten in profiel.  

De Renaissance
Rond 1500 bloeide tijdens de Renaissance de beeldende kunst. De medailleurs konden steeds beter goede en gelijkende portretten maken voor op munten en medailles. Ze zetten de traditie om deze afbeeldingen in profiel te maken voort. Ook omdat je een persoon in profiel snel kunt herkennen aan zijn silhouet.

Verdere eisen die een munt aan het materiaal stelt
Tot ongeveer 1750 werden munten met de hand geslagen. Als de munt een geringe diepte, reliëf, had, was de kans op een goede slag het grootst. Een portret in profiel heeft minder diepte nodig om goed te lijken dan een portret en face. Bovendien was zilver en goud heel kostbaar. Als je daar munten van sloeg, konden die niet te dik zijn. Dat was nog een reden om de portretten in profiel te maken.

Ook vandaag nog
Vanaf 1750 kwamen er schroefpersen om munten te slaan. Dat ging veel sneller en ook met veel minder misslagen dan met de hand. Maar ook deze schroefpersen werkten het snelst en het best met munten met een laag reliëf, dus met het portret in profiel. Dat geldt ook tegenwoordig nog voor onze moderne, elektrische en hydraulische muntpersen. Hoe lager het reliëf, hoe meer munten er snel geslagen kunnen worden, soms wel tot 40.000 per uur.

Fascinerend aan de muntportretten in profiel vind ik vooral dat ze al meer dan 25 eeuwen bestaan. Ze zullen ons nog lang vergezellen. Dat is ook goed nieuws voor verzamelaars in de toekomst.