Bange dagen: 1 september 1939 begin van de Tweede Wereldoorlog

De Tweede Wereldoorlog bestaat voor mij voor het grootste deel uit verhalen van mijn grootouders. Zij hebben deze oorlog bewust meegemaakt als dertigers. Mijn ouders zijn na de Tweede Wereldoorlog geboren. We leven in België sinds onze bevrijding in 1944 al 74 jaar in vrede. Dat is praktisch een mensenleven. Tussen het einde van de Eerste Wereldoorlog in 1918 en het begin van de Tweede Wereldoorlog in 1939 lagen maar 21 jaar. Ik hoop natuurlijk van harte dat onze periode van vrede nog heel lang zal duren. De vorige lange vrede in ons land duurde 75 jaar: van 1839 tot 1914. In 2019 evenaren we deze periode in jaren.

Lang geleden
Ik besefte opeens toen ik over deze blog nadacht, dat er niet veel mensen meer zijn die de Tweede Wereldoorlog bewust hebben meegemaakt. Dat is te begrijpen. Als je 18 jaar was in 1944 hoor je in 2018 met een leeftijd van 90 jaar tot de zeer sterken. Mijn generatie en ook de generatie van mijn ouders, kortom de meeste Belgen, hebben de verhalen over de Tweede Wereldoorlog uit de tweede hand. Wel hebben we nog veel documenten, geluidsfragmenten, foto’s en films uit die helse tijd.

1 september 1939
Ik herinner me nog levendig dat de geschiedenisleraar op school een geluidopname liet horen van Adolf Hitler. Ik voelde me gegeneerd toen ik Hitler hoorde schreeuwen: “Seit 5.45 Uhr heute morgen wird jetzt zurückgeschossen (Vanaf 5.45 uur vanochtend wordt er thans teruggeschoten)”. De opname was van een rede die Hitler op 1 september 1939 hield in de Duitse Rijksdag in Berlijn. De Duitse radio zond de toespraak live vanuit de Duitse Rijksdag uit. Hitler brulde dat Poolse troepen Duitse doelen onder vuur hadden genomen. Hij zag geen andere optie dan dit vuur te beantwoorden. Ik herinner me ook nog goed hoe gegeneerd ik me voelde bij het beluisteren van deze historische leugen.

Oorlogsdreiging voor en na 1 september 1939
Hitlers stem maakte me voor het eerst duidelijk dat echte mensen Duitsland en de wereld de Tweede Wereldoorlog in hadden gesleurd. Tot dan toe waren deze personen voor mij figuren op een foto geweest of figuranten in films. Het waren ongetwijfeld de slechteriken van het spel, maar ik zag ze niet als mensen die werkelijk bestaan hadden. Opeens begreep ik de verhalen van mijn grootouders over de oorlog. Die had ik altijd beschouwd als enge sprookjes. Ik besefte wat mijn grootouders bedoeld hadden toen ze vertelden dat ze in extra grote spanning hadden geleefd na 1 september 1939. Vanaf het midden van de jaren dertig was de oorlogsdreiging geleidelijk aan toegenomen. Na 1 september was de bange vraag: vallen de Duitsers ook ons land aan en wanneer? Na de inval op 10 mei 1940 leefden ze vier jaar in bange en hachelijke omstandigheden.