De volkstelling te Bethlehem, door Pieter Bruegel de Oude

Pieter Bruegel de Oude schilderde De volkstelling te Bethlehem in 1566. Hij was toen al vele jaren een gerenommeerd kunstschilder in Brussel. Zijn naam Bruegel of ook wel Breughel zou verwijzen naar het dorp Breugel in de Nederlandse provincie Noord-Brabant. Pieter zou daar tussen 1525 en 1530 geboren zijn. Andere kunsthistorici noemen de Nederlandse plaats Breda, eveneens in Noord-Brabant, als zijn geboorteplaats. De plaats Breugel eert zijn beroemdste zoon met een klein monument en met een bronzen borstbeeld van de schilder.

Brussel

In vermoedelijk 1563 vestigde Pieter Bruegel de Oude zich in Brussel, de hoofdstad van het hertogdom Brabant. Vanaf die tijd tot zijn overlijden in dezelfde stad 6 jaar later, werkte hij als schilder. Hij was heel productief. Veel van zijn schilderingen spelen zich af in een landelijke omgeving. Hij zou de inspiratie voor zijn landschappen hebben opgedaan in het Pajottenland, de heuvelachtige streek tussen de riviertjes de Zenne en de Fender. Het middeleeuwse dorp van zijn Volkstelling te Bethlehem ligt in een dergelijk landschap. De toeschouwer kijkt van een hoger gelegen standpunt neer op het tafereel.

Het jaartal waarin De Volkstelling te Bethlehem is geschilderd, 1566, staat links onder op het paneel. De voorstelling wemelt van de tafereeltjes met mensen die geheel opgaan in hun eigen bezigheden. Elk van deze onderdelen staat vrijwel op zichzelf. Het zijn praktisch individuele miniatuurschilderijtjes. Ze zijn heel trefzeker neergezet. Door het genie van Pieter Bruegel de Oude vormt het De volkstelling te Bethlehem toch een geheel. De dorpelingen sjouwen met goederen, hun kinderen schaatsen en spelen op de bevroren dorpsvijver, een groepje volwassenen slacht een varken. Bij de herberg verzamelen zich een aantal mensen dat belasting aan een belastinggaarder komt betalen. 

Maria en Jozef

Midden onderin zien wij Maria en Jozef die op weg zijn naar de herberg. Volgens het Evangelie van Lucas zal er in dat huis geen plaats zijn voor hen. De Heilige Maagd, zwanger van Jezus, zit op een ezel die door Jozef geleid wordt. De Heilige familie gaat op in het tafereel. Ze zijn niet als het centrale deel van de voorstelling weergegeven. Sommige geschiedkundigen verklaren dat omdat het paneel geschilderd is in 1566. Dat was het jaar van de Beeldenstorm die ook in de Zuidelijke Nederlanden woedde. Katholieken zoals Bruegel liepen in die tijd niet met hun geloof te koop. De Volkstelling te Bethlehem maakte grote indruk op Bruegels tijdgenoten. Zijn zoon Pieter de Jonge maakte er kopieën van. Hij deed dat maar liefst 13 keer voor zover we weten. Dat geeft aan hoe geliefd de voorstelling was. Ook De Volkstellingen te Bethlehem van Pieter de Jonge worden zeer gewaardeerd en gekoesterd.

Pronkstuk in Prooflike kwaliteit

Van het eerbetoon aan ‘De Volkstelling te Bethlehem’, geslagen op zes puur zilveren munten (999/1000), verschijnen er wereldwijd slechts 125 stuks. De laatste exemplaren van de set zijn onlangs geslagen en exclusief verkrijgbaar bij Het Belgische Munthuis. Legt u de hand op een van deze schaarse eerbetonen aan de oude meester Pieter Bruegel de Oude?